EMA laat injectie toe apenpokkenvaccin met vijfde van dosis

Het Europees Geneesmiddelenagentschap EMA heeft een nieuwe techniek aanbevolen om het vaccin tegen de apenpokken toe te dienen. De techniek vereist maar een vijfde van de dosis, waardoor meer mensen een vaccin kunnen krijgen en een eventueel tekort vermeden kan worden. Dat schrijft EMA.

De Europese landen mogen voortaan het vaccin Imvanex toedienen net onder de bovenste huidlaag (intradermaal), waardoor maar een vijfde van het vaccin nodig is. Nu wordt de volledige dosis diep onder de huid (subcutaan) toegediend. De nieuwe techniek zorgt voor eenzelfde immuniteit en evenveel antilichamen, maar er is een hoger risico op huidirritaties zoals roodheid, zo waarschuwt het Geneesmiddelenagentschap. 

"De nationale autoriteiten kunnen ervoor kiezen om, als een tijdelijke maatregel zolang het aanbod vaccins beperkt blijft, een intradermale injectie van Imanex te geven met een lagere dosis, om mensen te beschermen die risico lopen tijdens de huidige apenpokkenepidemie", verklaarde EMA. 

Eurocommissaris voor Gezondheid Stella Kyriakides onderstreepte dat het een "extreem belangrijke" beslissing is die "toestaat om vijf keer meer mensen te vaccineren met de bestaande voorraden". Zo hebben zorgprofessionals en mensen die risico lopen op een besmetting "een betere toegang tot een vaccin", zegt ze.

Het Imvanex-vaccin, dat in de Verenigde Staten bekend staat onder de naam Jynneos, is het enige vaccin dat toegelaten is door de Europese Commissie om de verspreiding van de apenpokken in te perken. Het vaccin werd eerder al gebruikt tegen de klassieke pokken en wordt geproduceerd door het Deens biotechnologiebedrijf Bavarian Nordic.

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.